Gepubliceerd op: 23 juni 2025
Het verschil tussen elektrolytisch en thermisch verzinken
Bij verzinkt staal is een zinklaag op een stalen oppervlak aangebracht. Het zink maakt het staal beter bestand tegen corrosie. Dit doel is bij zowel elektrolytisch- als thermisch verzinken gelijk.
De techniek en mate van bescherming verschilt echter aanzienlijk. In deze blog leggen we de verschillen uit.
De verschillen in het kort
Bij elektrolytisch verzinken (ook wel galvanisch verzinken genoemd) wordt elektriciteit gebruikt om een relatief dun zinklaagje aan te brengen. Bij thermisch verzinken wordt een hoge temperatuur gebruikt om een dikkere zinklaag aan te brengen.
Het verschil? Over het algemeen geldt:
Elektrolytisch verzonken staal is beter betaalbaar, maar biedt alleen voldoende bescherming tegen roestvorming tijdens transport en opslag. Thermisch verzonken staal is duurder, maar is aanzienlijk beter bestand tegen corrosie, stoten en slijtage.
Hieronder vindt u een kort overzicht van de voornaamste verschillen:
Elektrolytisch verzinkt staal | Thermisch verzinkt staal | |
Methode | Elektriciteit | Warmte |
Vervorming | Nee | Mogelijk |
Soort laag / dikte | Dekkend / 5 - 30 µm | Legering / 30 - 200 µm |
Bestand tegen corrosie | Binnen (opslag en transport) | Binnen en buiten |
Finish | Glad en glanzend | Minder egaal en mat |
Beste keuze voor | Dun materiaal (< 5 mm) Materiaal met graveringen |
Materiaal met holtes Maximale bescherming tegen corrosie |
Hoe werkt elektrolytisch verzinken?
Eerst verbindt u een goed gereinigd, stalen voorwerp met de negatieve pool van een stroombron. Dit voorwerp is nu de kathode. Vervolgens sluit u de positieve pool aan op een staaf van zink. Deze staaf is nu de anode. Daarna worden beide ondergedompeld in een elektrolytische oplossing die zinkionen bevat. Wanneer u de stroombron aanzet verliest de zinken staaf elektronen en lossen zinkionen op in de oplossing. Het stalen voorwerp trekt de elektronen aan, waardoor zinkionen zich erop afzetten. Zo vormt zich een dunne, egale zinklaag op het voorwerp.
Deze manier van verzinken wordt in de volksmond vaak galvaniseren genoemd. Dat klopt voor een deel. Hoe dat precies zit leest u in onze blog ‘Verzinkt of gegalvaniseerd - wat is het verschil?’.
Binnen ons assortiment vindt u één soort elektrolytisch verzinkt staal, namelijk Zincor.
Hoe werkt thermisch verzinken?
Onder thermisch verzinken vallen in de praktijk twee methoden:
- Dompelverzinken (ook wel vuurverzinken genoemd)
- Vlamverzinken (ook wel schooperen genoemd)

Binnen ons assortiment heeft u keuze uit twee soorten thermisch verzinkt staal, namelijk Sendzimir en Magnelis®. Hier leest u meer over de verschillen tussen Sendzimir en Magnelis®.
Soms wordt met thermisch verzinken ook vlamverzinken bedoeld. Hierbij wordt het voorwerp eerst gestraald en daarna bespoten. Een zinkdraad wordt door een vlam verhit tot ± 2200 ºC, waarbij het zink smelt. Vervolgens wordt het gesmolten zink door perslucht via een spuitpistool over het oppervlak van het voorwerp verstoven. De zinklaag die hierbij ontstaat wordt ook wel de schoopeerlaag genoemd en dient nog wel gesealed te worden.
Welke toepassing het beste voor u geschikt is, hangt af van uw wensen. Zo heeft dompelverzinken de voordelen dat de zinklaag langer bescherming biedt én dat het holtes in bijvoorbeeld buizen ook verzinkt (zorg wel voor uitloopgaten!). Bij vlamverzinken is dit minder, maar kunt u wel meer gecontroleerd werken én dat ook op locatie doen. Er is immers geen zinkbad voor nodig.
Heeft u nog vragen?
In deze blog hebben we de verschillen uitgelegd tussen elektrolytisch verzinken en thermisch verzinken. In onze formulering kan enige nuance verloren zijn en cijfers kunnen enigszins afwijken. Wees u hier bewust van.
Heeft u nog vragen? Neem contact op met onze Customer Service. We helpen u graag verder!
Onze blogs altijd in uw mailbox?
Zorg dat u niks mist en blijf op de hoogte door onze nieuwste content direct in uw mailbox te ontvangen.